Ouderschapsplan
Ouders die samen het gezag hebben en uit elkaar gaan, moeten een ouderschapsplan opstellen (art. 247a BW en art.815 Rv), waarin ze afspraken maken over hun voortgezet ouderschap na de scheiding. In dit plan moeten in ieder geval afspraken staan over:
- de verdeling van de opvoedings- en verzorgingstaken;
- de manier waarop de omgang wordt geregeld tussen het kind en de ouder waar het kind niet woont
- de manier waarop de ouders met elkaar in contact gaan over belangrijke zaken van de opvoeding (schoolkeuze, schoolprestaties, gezondheid, medische behandelingen e.d.)
- de betaling van de kosten (kinderalimentatie)
Dit ouderschapsplan moeten de ouders toevoegen aan het verzoekschrift waarin ze om de scheiding verzoeken. De wetgever wil op deze manier ouders verplichten na te denken over de manier waarop ze het ouderschap voort gaan zetten na een scheiding.
Een ouderschapsplan komt niet zelden tot stand in een zeer turbulente en emotionele periode. Ouders nemen snelle en emotionele beslissingen die op lange termijn niet blijken te werken. Hier kunnen conflicten door ontstaan. Om dit te voorkomen kan een kindbehartiger worden ingeschakeld.
In onze praktijk werkt Jessica als kindbehartiger van Den Haag en helpt zij bij o.a. het opstellen van een ouderschapsplan. Door in gesprek te gaan met het kind en de ouders kan bekeken worden welke afspraken een ieder fijn zou vinden en hoe er werkende afspraken kunnen worden gemaakt waar iedereen zich in kan vinden. Voor de afspraken over de financiele regelingen werkt de kindbehartiger samen met een financieel expert.